Mijn schoolherinnneringen zijn zonnig. Niet alleen omdat ik letterlijk veel buiten was in Zuid Spanje maar ook omdat het een fijne tijd was. Ik was een goede leerling, deed mijn best en kreeg graag goede cijfers. We zaten in kleine klassen op een kleine school. Iedereen kende elkaar. Ook de kinderen uit de hogere en lagere klassen. We mochten in de lange pauzes vaak helpen oppassen op het kleutergedeelte als we geen zin hadden in buiten basketballen met de jongens. We aten op school, konden kiezen uit eigen lunch meenemen of de tortilla van Teresa kopen in de schoolkeuken. Dat laatste was ´needless to say´favoriet. Natuurlijk hadden we ook een paar enge leraren en moesten we wel eens op de gang staan als we het té bont hadden gemaakt. Vrij normaal dus. Iedere maand waren er verschillende diploma´s die je kon winnen voor de sportiefste, meest hulpvaardige leerling en voor de beste cijfers. Na een tijdje kwam ik erachter dat iedereen uiteindelijk iets won maar dat kon de pret en het gevoel van voldoening niet drukken. Op een dag kwam er een nieuwe leerling, een Amerikaans meisje met punk haar. Ze vond het vreselijk bij ons, vooral de frisse lucht en de stilte waren niet te harden. Ze kwam uit New York en miste de herrie. Ze is uiteindelijk niet lang gebleven, haar ouders vonden het academisch niet uitdagend genoeg. De voornaamste reden om drie jaar geleden met man en kinderen naar Nederland te verhuizen, was het zicht op goed en betaalbaar onderwijs. Goed onderwijs hebben we in Spanje ook maar helaas kom je dan al snel in het privé-scholencircuit terecht en betaal je bedragen die ik hier niet eens durf te noemen. We waren en zijn enorm onder de indruk van het Nederlandse schoolsysteem waar de overheid zulke goed georganiseerde en luxe scholen in stand kan houden. Waar je als ouders altijd terecht kan met vragen, waar alle kinderen recht hebben op (bijna) gratis boeken en leraren enorm hun best doen om ondanks de grote klassen gemotiveerd iedere dag hun taak weer serieus te nemen. Het is toch wel het hoogst haalbare in een democratie om onderwijs zo bereikbaar te maken voor iedereen. Onze jongste begon in groep 8 en de oudste in de eerste van een klein gymnasium. Het verschil tussen beiden was dat de jongste in een bestaande klas terecht kwam met kinderen die vanaf de peuterklas bij elkaar hadden gezeten en zich nu voor het echte werk, de Cito-toets gingen voorbereiden. Ik had er wel eens van gehoord maar wist niet dat het hele jaar in het teken stond van deze Cito-toets, zowel bij ouders als bij de school. Terwijl de jongste nog bezig was om zijn lesboek Engels en rekenen uit elkaar te houden zat de rest van de klas regelmatig proef-Citos te doen. Gesprekken over wat je na groep 8 te wachten stond werden gevoerd door de kinderen op het schoolplein en door de moeders bij de Jumbo. Wij maakten ons niet zoveel zorgen, onze jongste is geen voorbeeldige leerling maar we gingen uit van havo-vwo, tenslotte hebben mijn man en ik allebei een academische opleiding en kenden we de alternatieven niet eens. Bovendien is hij een intelligente en creatieve jongen met een hele originele kijk op de wereld. Die originaliteit is toch zeker een talent in deze veranderende wereld, was ons uitgangspunt. De adviesgesprekken begonnen al in het voorjaar. De leraar had geen hoge verwachtingen van het academische kunnen van zoonlief en probeerde ons voorzichtig voor te bereiden op een iets lagere inzet. Ik neem het hem niet kwalijk. Onze zoon was nog veel te druk met inburgeren en naar school gaan was al een hele opdracht. Er echt iets doen en binnen de tijd afkrijgen lukte niet altijd. Om bekend te worden met de verschillende opties ben ik alle informatieavonden van de verschillende richtingen voor het voortgezet onderwijs af geweest. Bij de vmbo-avond werden mijn vermoedens bevestigd, dit is niets voor zoonlief. Je voorbereiden op een baan uit de oude wereld, dat zag ik hem niet doen. Daar zou hij zich zeker niet thuis voelen. Maar als havo niet haalbaar is, wat dan? Hier begon een bewustwordingsproces waar we nu inmiddels bijna 3 jaar dagelijks mee bezig zijn. Met als hoofdvraag, waar dient onderwijs voor? Claire Boonstra stond begin deze maand in Trouw met een zeer interessant interview . Met haar initiatief Project Education stelt zij de juiste vragen en motiveert ons allemaal om daarbij stil te staan. Willen we dat onze kinderen alleen een zo hoog mogelijke opleiding doen zodat zij daarna een "goeie" baan krijgen? En wat voor baan is dat dan? Bestaan die banen nog wel tegen de tijd dat onze kinderen zover zijn? En zelfs als dat zo zou zijn, maakt het ze gelukkig? Worden onze kinderen wel voorbereid op de toekomst of loopt onderwijs onherroepelijk achter de feiten aan? Een voorbeeld is internet. Waarom doen we zo ons best om het gebruik ervan in te perken? Onze generatie heeft geen benul van de vanzelfsprekendheid waarmee onze kinderen kennis vergaren van het web. Laten we deze schat aan informatie zoveel mogelijk inzetten! Is leren wáár je iets kan vinden en in welke context het daar staat niet inmiddels veel belangrijker dan het uit je hoofd leren? (en vervolgens de week erop weer vergeten!). Onlangs verscheen ook in de Correspondent een artikel met dezelfde vraag De journalist is zelf leraar en ondervindt de keuzestress bij leerlingen zelf aan den lijve. In zijn eigen bewustwordingsproces in het besluiten wat het beste loopbaanadvies is voor zijn leerlingen refereert hij naar een uitzending van Tegenlicht waarin Ben Hammersley (hoofdredacteur van technologie magazine Wired UK) wordt geïnterviewd: "Als ik mezelf loopbaanadvies zou moeten geven voor over vijftig jaar, dan zou ik kijken naar alle dingen die een computer kan doen. Dus alles wat gebaseerd is op feiten en logisch redeneren. En dat zou ik mijden als de pest. En dan zou ik kijken naar alles wat een computer nooit kan. En dat zou ik gaan doen. Dingen zoals kunst, poëzie, creativiteit. Die zijn per definitie menselijk.” Dochterlief heeft het in sommige opzichten iets makkelijker. Zij kan focussen, heeft de discipline om Latijnse woordjes te stampen maar komt ook vaak thuis met hoofdpijn. Haar mooie blauwe ogen lachen niet meer zo vaak als in de vakantie. We hebben het er vaak over. Is dit een goede keus? Hoe belangrijk is school? Kan je er je eigen passie en talenten in kwijt? Jef Staes stelt zelfs diplomavrij onderwijs voor, op mijn pagina “Om te delen” een jaar geleden gepost. Want inderdaad, zoals Jef zich afvraagt, is onze hoogst haalbare taak als ouders om onze lammetjes in schapen te laten groeien? Als ik moedeloos word kijk ik altijd even naar mijn favoriete TedX talk van Sir Ken Robinson. Hij brengt zijn waardevolle boodschap met zoveel passie en humor dat het je diep in je hart raakt. Dat moet toch iedereen aanspreken, behalve misschien een schaap dat klaar is voor de slacht. Want, stel nou eens, dat het voor een hele grote groep kinderen niet haalbaar is om de hele dag achter een bureau te zitten en te luisteren naar de leraar die dingen vertelt waar je het nut totaal niet van inziet? (Het is overigens bewezen dat de hele dag zitten het leerproces helemaal niet ten goede komt. Tel daarbij op, een ruimte vol met, gemiddeld, 27 kinderen, verwarming nét iets te hoog, nét iets te weinig frisse lucht en je boterham half doorgeslikt omdat 25 minuten lunch pauze betekent óf praten óf eten, en praten kan in de klas ook al niet dus...) En stel nou eens dat Ritalin ze wel helpt om alleen naar de leraar te kijken en niet naar de vogels die lekker buiten vrij zijn, maar vervolgens kinderen voort brengt die goeie cijfers halen maar nooit hebben kunnen laten zien wat ze in zich hebben? Doen we hun, onszelf en de wereld dan niet te kort? Al dat talent dat verloren gaat omdat er geen baan bijpast? Al die kinderen die wellicht als volwassene eerst in een burn-out moeten komen alvorens ze “zichzelf weer terug vinden” na allerlei ingewikkelde therapieën en a little help van de farmaceutische industrie. Ik ben de afgelopen jaren erg veel op bezoek geweest op scholen, bij mentoren en directeuren. Ik ben voor onze zoon, en alle andere kinderen die dezelfde problemen tegen komen, in de bres gesprongen. Mijn vraag was standaard, hoe kan het dat er voor een intelligent kind dat nadenkt en vragen stelt maar moeite heeft met het aanbod, geen plaats is? De school directie kan hier weinig aan veranderen, dat begrijp ik. Scholen moeten voldoen aan hoge eisen om hun bestaansrecht te behouden. Het is een structureel maatschappelijk probleem. Overigens is dit niet alleen een probleem in Nederland, mocht iemand denken dat ik als remigrant zit te klagen. Finland en Noorwegen worden vaak als voorbeeld gegeven van een land waar het onderwijssysteem wél aansluit en ruimte laat voor de individuele ontwikkeling, alhoewel ook hierover de meningen zijn verdeeld. Inmiddels zit zoonlief, via een behoorlijke omweg op een vrije school. Een citaat van Rudolf Steiner achterop de folder van de school, gaf voor ons de doorslag: “Men dient niet te vragen: wat moet de mens weten en kunnen voor de bestaande sociale orde, maar; wat is in de mens in aanleg aanwezig en wat kan in hem ontwikkeld worden? Dan zal altijd datgene in die orde leven, wat de tot haar toetredende volledige mensen ervan maken; daarentegen zal niet van de opgroeiende generatie gemaakt worden wat de bestaande sociale organisatie ervan wil maken”. Dát dus. Dochterlief is een doorzetster en gaat met enige tegenzin toch heel goed op het gymnasium. Ik zou haar graag in deze levensfase meer ontspannen zien. Maar uit jezelf een stap terug zetten is niet makkelijk in een wereld waar hoger altijd beter is. Ze heeft passie en talent genoeg om alles te doen wat ze zich voorneemt, ze zal zeker de juiste keuze maken. Dingen ontvouwen zich om een bepaalde reden. Soms komen moeilijke dingen op je pad en is dat een teken om alternatieve routes te gaan ontdekken. Met dank aan zoonlief die ons regelmatig bewust of onbewust daarop wijst. Maar nu moet ie aan de bak. De wereld veranderen is geen eitje. Dit lijstje van Jelle komt zeker van pas. “I have a dream” dat school een plek is waar je geïnspireerd wordt om te leren, om samen te ontdekken. Een veilige plek waar men bovenal vertrouwen heeft in jouw kunnen. Waar je tenminste in één vak een Meester Bart hebt. Een plek waar de zon schijnt en je altijd de warmte voelt van de vlam die je bij je draagt. Liever van het padje af dan op de verkeerde weg. Denk je mee? #vanhetpadjeaf
1 Comment
Toegegeven, er zijn dingen die je écht beter niet kan delen. Je man en je mascara zijn de dingen die het eerst in mij opkomen. Maar verder, ga maar na, er is ontzettend veel wat we niet dagelijks gebruiken en dus veel beter kunnen delen. Het interview met Jan Rotmans in de VPRO uitzending op Radio1 van vanochtend (2-02-2014) over de zgn ´kantelaars´ zette mij weer aan het denken over deze transitieperiode. Het is eigenlijk raar dat datgene wat we allemaal als kind in de zandbak als basisles ingepompt krijgen - "Ja schat, dat emmertje is van jou maar je kan het toch gewoon met Sammetje delen?!" - gaat ergens in onze ontwikkeling verloren. Ergens waar zelf 'hebben' toch plotseling meer aanzien heeft dan 'delen'. Volgens mij komt dit door het gevoel van onafhankelijk zijn, wat een heel belangrijk onderdeel is van volwassenen worden. Denken we. Maar is dat eigenlijk zo? Toen we terug kwamen van de vakantie was het in Nederland erg warm geweest (al een tijdje geleden!). Al het gras langs de weg was geel geworden. Eenmaal thuis heb ik meteen de waterslang gepakt om de boel lekker op te frissen. Plant voor plant. Mooi hoe je dan ook heel anders gaat kijken. De tuin lag er eigenlijk heel goed bij. De grote bomen hadden voor schaduw gezorgd voor de varens op de bodem en de varens hadden op hun beurt gezorgd voor het vasthouden van het weinige vocht in de grond voor de grote bomen. Mooie symbiose. De planten die heel mooi, maar moederziel alleen, in potten stonden, hingen op apegapen In de samenleving, organisaties, bedrijven en zelfs families zie je dit duidelijk terug. We hebben elkaar nodig. Iedereen heeft een eigen rol. De practicus, de idealist, de knutselaar, de kunstenaar, de filosoof en de pragmaticus. In onze westerse samenleving is er wel vaak een hierarchie. Diegene die onafhankelijk is en zijn zaakjes goed voor elkaar heeft, stond heel lang bovenaan. Maar toch, we hebben elkaar nodig. Dat is ook de basis gedachte van Jean Paul Close in zijn visie op de Stad van Morgen. We hebben allemaal onze eigen kwaliteiten in huis, we zijn niet afhankelijk van de staat. We zijn onafhankelijk als burger omdat we elkaar hebben om zelfredzaam te worden en kennis te bundelen. Alhoewel de hoge bomen misschien visueel een grotere rol spelen zouden ze het nooit zo goed doen zonder die varens. Zo werkt het ook bij ons in de familie en zo werkt het eigenlijk in de hele wereld. Want we hebben niet alleen díngen om te delen maar ook eigenschappen en "skills". Allerlei initiatieven schieten als paddestoelen uit de grond (om de beeldspraak nog maar even vast te houden!). De meest recente, wereldwijd, is www.peers.org. Voor onze kinderen, die de zandbak inmiddels ontgroeid zijn, zijn we nog net op tijd om "Delen is het nieuwe hebben" als levensmotto te introduceren. Ik ga niet zeggen dat het makkelijk is. Ondertussen ontgaat het mij natuurlijk niet dat ik hier nu kan zitten schrijven over abstracte zaken omdat mijn lief op het zelfde moment zorgt voor brood op de plank. Want daar gaat het toch steeds weer om in deze discussie. Er moet geld verdiend worden. Een tussenstap in het bewustwordingsproces is: waar hebben we echt geld voor nodig en zou dat ook anders kunnen? En staat de levensenergie die we steken in het verdienen van dat geld nog in relatie tot wat het óplevert? Uiteindelijk moeten we ons afvragen, is it a good deal? Zou ik mijn diensten als schrijfster, social media ervaringsdeskundige, websitebouwer, yogadocente, kok en/of tolk-vertaalster engels/spaans/nederlands in kunnen zetten om (gedeeltelijk) aan onze behoeftes te voorzien? Zou ik voor de bakker in ruil voor een maand brood een web site kunnen maken? Kan ik voor ons favoriete restaurant een kookworkshop organiseren in ruil voor een diner voor twee? Kan ik bij Vair mijn blije varkensvlees krijgen in ruil voor een social media plan? Hoe weeg je de verschillende diensten/producten tegen elkaar af? Het zou best kunnen dat wanneer er steeds minder banen zijn we steeds creatiever moeten worden. Dus erover nadenken kan al sowieso geen kwaad. Ik ga het experiment deze maand starten. erover praten met mensen, reacties bijhouden, voorstellen doen. Hebben jullie ideeën? ik hoor het graag! "Wie had 5 jaar geleden kunnen denken dat guerrilla-tuinders en stadsboeren de nieuwe helden zouden worden? Of dat een stichting alsGroen Dichterbij een landelijke campagne heeft lopen met 400 projecten en dat indivuele burgerparticipatie omisbaar is geworden om beleidsdoelen te realiseren. Niemand denk ik, maar het is wel zo!" lees meer op de site Voor de Wereld van Morgen - ASN BAnk
Het is 2013 en het jaar is veelbelovend begonnen. Mijn besluit in mijn laatste blog om mij te verdiepen in de verschillende inspirerende projecten in mijn omgeving geeft weer stof tot nadenken en schrijven. De beeldspraak van de weg in het gedicht van Antonio Machado blijkt zeer passend om mijn zoektocht te verwoorden.
De volgende stap is letterlijk; de eerste stap zetten. Nou, en dan moet je dus gewoon gaan wandelen. Niet dat ik hiervoor ergens op een bankje zat ofzo, maar meer dat ik stukjes líep te lópen. Bij gebrek aan een (sociaal) netwerk is Twitter voor mij van onschatbare waarde gebleken. Een oneindige bron aan inspiratie en informatie. Het zingende vogeltje op de wandeling zeg maar..! Door Twitter ben ik o.a. in contact gekomen met het begrip "Sustainocratie", De Stad van Morgen en met Jean-Paul Close. Ik heb wel even getobd over de vorm en inhoud en hoe ik dit wil delen met de wereld en met jullie wil beginnen.... Ik ben mij er ook van bewust dat er lezers zullen zijn die besluiten niet verder mee te wandelen en nieuwe lezers zich zullen aansluiten. Wellicht komen we elkaar iets verderop nog tegen. Wellicht niet. In ieder geval kwam ik tot de volgende conclusie: "Just tell it how it is." Via Twitter kreeg ik een paar maanden geleden een leuke reactie op mijn blog van een onbekende volger. Aangezien ik voornamelijk vrienden en bekenden zo gek heb gekregen om mijn blog bij te houden was het leuk om te horen dat onbekenden het ook met plezier lezen. Na wat ge-google bleek mijn volger niet alleen ook lang in Spanje gewoond te hebben maar nu ook woonachtig in de buurt (Eindhoven) en met zeer interessante projecten bezig. Daar wilde ik wel wat meer over weten dus heb gemaild met de vraag of we eens kennis konden maken. In het gesprek met Jean Paul Close blijken onze gemeenschappelijke ervaringen als Nederlander in Spanje, daarna als remigrant in Nederland en de verschillende culturele verschillen een leuk aanknopingspunt te vormen. Jean Paul is al enige jaren langer terug in Nederland en heeft niet stil gezeten. Hij heeft de term "sustainocratie" bedacht als "de nieuwe democratie waarin de mens centraal staat" waardoor "duurzame menselijke vooruitgang" als hoger maatschappelijk doel wordt gesteld. Wat mij als eerste bijzonder aanspreekt is de pioniersgeest. De visie, laten we kijken of dingen ook anders kunnen, beter. En als ik dan hoor dat er inmiddels in de omgeving van Eindhoven veel mensen bij betrokken zijn vanuit hun eigen visie van een nieuwe werkelijkheid ben ik erg nieuwsgierig. Ik heb veel gelezen over burgerinitiatieven en in een verzorgingsstaat als Nederland waar altijd een overheidsdeur was om op te kloppen belooft dat veel geroer in de huidige structuren. Jean Paul nodigt mij uit om enkele bijeenkomsten bij te wonen om een indruk te krijgen wat er speelt. Voor mij een gelegenheid om "onder de mensen" te komen en inspiratie op te doen. Ik bied aan, passende in de sustainocratische filosofie van wederkerigheid, erover te schrijven. Jean-Paul Close is van mening dat verandering vaak ontstaat vanuit chaos. Wat dat betreft hebben we de tijd mee. Ons veilige vangnet, datgene waar onze generatie op heeft gerust, lijkt nu langzaam maar zeker af te brokkelen. En geloof me, ik kan er over meepraten. Ons huis in Spanje waar we altijd ons spaargeld in gestopt hebben is nu 60% minder waard. Ik bedoel, we zijn niet zielig, but it hurts. Daarentegen staan in Spanje verhalen in de krant over gepensioneerden die van hun balcon afspringen omdat ze al hun geld op hebben gemaakt aan het afbetalen van de hypotheek van hun werkloze kinderen. Dit soort drama´s zetten onze tegenvallers wel in perspectief en zelfs de crisis in Nederland in een ander daglicht. De macro vraag is of we in paniek de brokstukken bij elkaar moeten rapen en met een grote tube super glue de boel weer aan elkaar moeten knutselen. Of, zien we door het ontstaan van die enorme gaten nieuwe oplossingen als vanzelf ontstaan? Doordat ze een andere vorm hebben kijken we er misschien wel overheen. "Je ziet het pas als je het doorhebt" zou Cruijff zeggen. Ook buiten het voetbalveld, uit een vrij onverwachte hoek. Ik denk hieraan terwijl ik aandachtig luister naar de verschillende aanwezigen op de eerste bijeenkomst van de Stichting Michaelson waar ik ben uitgenodigd. Het is een bijzonder gezelschap, verschillende achtergronden en redenen om erbij te zijn. De gemene deler is dat iedereen op eigen initiatief aanwezig is om iets bij te dragen. De locatie en de inrichting is een prachtig decor. Schilderijen met harten in felle kleuren, antiek en nieuw meubilair door elkaar heen. Een tafel met verzorgde versnaperingen en een vloer die onbedoeld prachtig is. Vlekkerig beton in afwachting van, net zoals de Stichting, een goede basis. Alle ingrediënten zijn verder aanwezig. Het centrale thema is zelf-redzaamheid. Niet alleen op deze bijeenkomst maar ook als uitgangspunt van wat Jean Paul "sustainocratie" heeft genoemd en hij beschrijft als de enige manier voorwaarts voor de moderne mens. Het begrip en de gedachte erachter vereist wel enige pioniersvisie, verschuiving van paradigmas en dergelijke termen. Alhoewel ik voorstander ben van dingen vooral simpel te houden kan ik mij ook voorstellen dat deze nieuwe visie gewoon soms een andere naamgeving nodig heeft omdat de oude termen de lading niet meer dekt. De gedachte die het meest los maakt bij mensen is dat het uitgangspunt is om de initiatieven vrij te houden van geldstromen. En als je wilt weten wat voor reactie je dan krijgt laat ik je achter met twee vragen: hoe zie je dat zelf? En hoe ziet jouw omgeving dat? (Als je de vraag wilt antwoorden op deze blog in de “comments”, heel graag!) Je zou jezelf kunnen afvragen; ok, waar staan we nu dan? En het verassende antwoord is: We staan er midden in! Na de bijeenkomst, nog helemaal warm van zoveel hartelijkheid en "buena onda" (vrije vertaling: fijne sfeer) zet ik in de auto de radio aan, John Lennon galmt door de speakers: "You may say I'm a dreamer, but I'm not the only one" "Én.....? Hoe gaat het? Ben je nog thuis lekker een beetje aan het rommelen of ben je al aan het werk?" mijn buurvrouw bedoelt het natuurlijk goed maar het gevoel dat ik krijg is herkenbaar.
Het deed me denken aan mijn eerste echte baan waar ik binnen zes maanden de taken zo voor mezelf had uitgebreid dat ik eigenlijk twee functies had maar door mij nooit bezig te houden met profileren en mezelf verkopen kreeg ik er ook geen erkening voor óf salaris. Ook geen officiele promotie want dat had ik inhoudelijk zelf al gedaan en dat was natuurlijk veel goedkoper. Eigen schuld, dikke bult eigenlijk maar ik heb er nog altijd niet veel van geleerd. De laatste tijd begint er toch iets duidelijk te worden. Als ik blogs lees van anderen die zichzelf wel een naam geven en met een overtuiging precies doen wat ik doe ben ik daar altijd van onder de indruk. Tot het kwartje valt en ik me realiseer dat het enige verschil zit in de naam "what's in a name?" zeggen jullie dan verstandig. Maar toch klopt dat niet helemaal. "Avant la lettre" vind ik daarom zo'n prachtige uitdrukking. Meestal komt diegene die deze beschrijving toekomt er zelf nooit achter dat zij of hij de aanzet was om er een begrip voor te bedenken. Shakespeare was een psycholoog "avant la lettre" en de "suffragettes" waren feministes "avant la lettre". Gister had ik weer zo'n inzichtelijk moment. Alles wat ik lees, lees ik eigenlijk omdat ik verslaafd ben aan het gevoel iets te lezen wat mijn visie danwel op een bijzondere manier bevestigt of anders even graag volledig omver gooit. Ik krijg dan zo'n kippenvel gevoel. Gister dus ook. Ik las de "Opzij" van vorig jaar in de trein. Van vorig jaar omdat ik het bij de bibliotheek had gehaald sinds ik besloten heb dat het echt klinklare onzin is om geld uit te geven aan zoiets vluchtigs als een tijdschrift. Maar goed, dan wel weer enorm "toevallig" dat het artikel over "radical homemakers" eigenlijk op diezelfde dag waarop ik het artikel las weer heel aktueel werd omdat een van de bekendere bloggers net een boek heeft uitgebracht in New York over haar nieuwe leven in het landelijke Virginia waar ze bijna geheel self supporting zijn. Nou is dat feit natuurlijk alles behalve nieuw maar de stap voor een dergelijke schrijfster van modebladen als de Elle en de Cosmo verwacht je niet meteen gezellig- al jam makend en kippen voerend- blij in een overall door het leven te zien gaan en er bovendien met trots én humor over schrijvend. Het schijnt een "trend" te zijn. Zoveel mogelijk een huiselijke economie opzetten waarbij je zo min mogelijk afhankelijk bent van bronnen die je zelf niet kan beïnvloeden. Moestuin, houtkachels van je eigen omgezaagde takken, kleine vee stapel, zelf composteren en daarnaast, voor de nodige intellectuele uitdaging, innoverende projecten die je vervolgens gebruikt om over te schrijven en/of les in te geven. Het leven en de inkomsten divers houden door altijd alternatieven te hebben lijkt mij wel iets waar we allemaal over na zouden moeten denken. Voor diegene die dat onzeker vinden; geeft voor een baas werken tegenwoordig nog zekerheid? . Toen wij nog in onze mooie finca woonden en als doel hadden zoveel mogelijk self supporting te zijn, zeiden we gewoon "we like to keep things simple". Ik begrijp natuurlijk best wel dat de enige die last heeft van het feit dat mijn missie geen naam heeft ik zelf ben, en ik ook tevens de enige ben die er iets aan kan doen. Maar ja, met een missie zonder naam kan ik tenslotte nog alle kanten op... |
De kolibrie als inspiratie
Onderwerp
Alles
Archief
Oktober 2016
|